Gewijzigde voorwaarden en visserijregels in de Gezamenlijke Lijst van Viswateren 2019.
Iedere drie jaar wordt een nieuwe uitgave van de Gezamenlijke Lijst van Nederlandse VISwateren verstrekt aan de VISpashouder.
Aan het einde van deze driejaarlijkse cyclus wordt het gehele boekje, waaronder de daarin opgenome
Algemene Voorwaarden Gebruik VISpas geanalyseerd. Aangezien de vorige Lijst van VISwateren gold voor de periode 2015-2018, is in het voorjaar van 2018 het boekje onder de loep genomen. Aan de hand van signalen uit het veld, de inbreng van Sportvisserij BOA’s, Hengelsportfederaties- en verenigingen, controleurs Sportvisserij en de kennis van juristen van Sportvisserij Nederland zijn de Voorwaarden Gebruik VISpas doorgenomen en zo nodig gewijzigd.
Hieronder volgt een korte toelichting per wijziging.
1.
De maximale afmetingen van het schuilmiddel zijn ten opzichte van voorgaande jaren herzien.
Daarnaast is er een maximale hoogte toegevoegd. (zie pagina 7; Bepaling voor het Nachtvissen met een schuilmiddel, laatste regel). De afgelopen jaren zijn veel schuilmiddelen groter geworden met name om de mogelijkheid te bieden om met twee personen in één schuilmiddel te verblijven. De meeste, zo niet alle schuilmiddelen, voldeden niet aan de oude afmetingen. Om deze reden zijn de oppervlaktes verruimd. Eén grote tent neemt immers minder ruimte in en is minder storend dan twee iets kleinere tenten. Naast de uitbreiding van de oppervlaktes is er een maximum hoogte toegevoegd om het gebruik van partytenten, kooktenten en dergelijke te beperken.
2.
De bepaling dat tijdens het vissen afval dient te worden bewaard in een zak, emmer of iets dergelijks is toegevoegd. (zie pagina 4, voorwaarde 20) Deze bepaling is toegevoegd om te zorgen dat vissers actief maatregelen ondernemen om zwerfafval te beperken. Met deze maatregel wordt er voor gezorgd dat afval tijdens het vissen niet het water in waait en het verlaagt de drempel om afval dat al verzameld is mee te nemen. Ook is het makkelijker om op deze regel te handhaven.
3.
De bepaling dat bij het vissen met drie hengels de afstand tussen de buitenste hengels niet meer dan 5 meter mocht bedragen is veranderd in de bepaling dat bij het vissen met meerdere hengels de afstand tussen de buitenste hengels niet meer dan 10 meter mag bedragen. (zie pagina 4, voorwaarde 15) Voorheen gold deze bepaling alleen voor het vissen met drie hengels. Ook voor het vissen met twee hengels is het van belang dat de onderlinge afstand gereguleerd wordt. In plaats van 5 meter is echter gekozen voor 10 meter om de visser zo de gelegenheid te geven ietsmverder uit elkaar te vissen, zonder dat dit tot onaanvaardbare hinder leidt.
Let op: Deze bepaling geldt voor de hengels en niet voor de uitstaande lijnen.
4.
De bepaling u dient rekening te houden met andere vissers en overige medegebruikers van het viswater en de omgeving. Dit kan betekenen dat u niet te ver uit en zoveel mogelijk haaks ten opzichte van de oever moet vissen is toegevoegd. (zie pagina 3, voorwaarde 7) Dit betreft geen geheel nieuwe bepaling, want een aantal onderdelen van deze voorwaarde stonden op andere plekken. De voorwaarde is niet bedoeld om strikt op te handhaven, maar biedt wel de mogelijkheid om vissers aan te spreken op ongewenst gedrag. Deze voorwaarde is met name opgesteld om te voorkomen dat een sportvisser het gehele water bevist en anderen daarmee de mogelijkheid om te vissen ontneemt. Ook in situaties waarin vissers langdurig voor woningen gaan vissen of hun hengels uitwerpen in zwemwater kan deze bepaling een rol spelen.
5.
De bepaling indien langs een water een wedstrijdparcours is of wordt uitgezet op basis van een verleende toestemming, dient men het parcours vrij te houden dan wel vrij te maken. Let op: afhankelijk van het type wedstrijd en de breedte van het water kan dit betrekking hebben op het gehele water en de oevers aan beide zijden van het betreffende water is toegevoegd. (zie pagina 4, voorwaarde 13) Deze bepaling is toegevoegd, omdat er meerdere meldingen waren dat mensen op of nabij een wedstrijdparcours zaten of gingen vissen. Dit is onwenselijk, omdat hiermee de uitkomst van de wedstrijd kan worden beïnvloed en dit tot conflicten met deelnemers en wedstrijdleiding kan leiden. Met deze voorwaarden kunnen vissers erop worden gewezen dat ze verplicht zijn een andere stek te kiezen.
6.
De bepaling het is verboden een beaasde hengel of beaasde hengels onbeheerd te laten is toegevoegd. (zie pagina 4, voorwaarde 16 Deze bepaling is noodzakelijkerwijs toegevoegd omdat er meerdere gevallen bekend zijn waarbij vissers hun hengels beaasd en onbeheerd achter lieten om iets anders te doen. Zo zijn er gevallen bekend van kinderen die een paar huizen verderop gingen gamen en een visser die naar een nabijgelegen supermarkt liep met zijn beaasde hengels in het water. Zulk gedrag is onwenselijk, omdat men geen invloed kan uitoefenen op het vistuig dat tot schade kan leiden aan vissen of vogels als deze het aas grijpen of in de lijn verstrikt raken, maar ook aan boten en andere watergebruikers. De bepaling is ook van toepassing op beaasde hengels die nog niet zijn ingeworpen. Van onbeheerd laten is sprake als men niet op de hoogte kan zijn van zijn of haar vistuig en niet spoedig kan ingrijpen indien het nodig is. Dit verschilt dus per geval. Een hengel waarvan de molen in vrijloop staat met beetverklikkers kan op wat grotere afstand gelaten worden dan een hengel zonder vrijloop die in een druk vaarwater is uitgeworpen.